Door de toename van de bevolking is er ook toename van het afval. Je hebt twee soorten afval:
-  Biologisch afbreekbaar afval: Dit komt van dieren en planten. Het zijn resten van planten, of uitwerpselen of dode dieren. Dit wordt allemaal afgebroken door reducenten.
-  Niet-biologisch afbreekbaar afval: Dit is afval dat door de mens gemaakt is. Bijvoorbeeld glas, metaal, steen, of kunststoffen zoals plastic of nylon. Dat kan niet worden afgebroken. Deze producten blijven nog lang bestaan.
Huishoudelijk afval is afkomstig van huishoudens. Dit afval wordt onderscheiden tussen huisvuil en grofvuil. Grofvuil zijn grote stukken afval zoals meubels, autobanden, sloopafval en landbouwafval. Huisvuil moet je scheiden.

Dit kan je scheiden in afvalcontainers. Je hebt een gft-container, een plastic container en een container voor restafval. Er zijn ook grote containers voor papier, glas, plastic, textiel en klein chemisch afval.
Maar wat gebeurt er eigenlijk met dat afval?
Er kunnen meerdere dingen worden gedaan met het afval. 78% van het afval wordt gerecycled. Bij recycling worden afvalproducten als grondstoffen gebruikt voor nieuwe producten. De grondstof kan worden gebruikt voor een soortgelijk doel. Daarbij gaat de kwaliteit soms achteruit. Of de grondstof wordt gebruikt voor een ander doel. Bijvoorbeeld aardolie wordt eerst gebruikt voor het maken van plastic en daarna voor energie door het te verbranden. Om iets te recyclen moet het wel gescheiden zijn.
• Papier: dat wordt ingezameld en daarna wordt er nieuw papier van gemaakt. Dat wordt gebruikt voor wc-papier of posters en folders.
• Glas: van gerecycled glas wordt gekleurd glas van gemaakt.
• Textiel: soms wordt kleding opnieuw gedragen. En soms worden er van het overige textiel nieuwe producten gemaakt.
Niet al het afval wordt gerecycled. Gft-afval wordt dus afgebroken door reducenten. Zo ontstaat er een soort mest. Dit mest heet compost. Compost is milieuvriendelijk. Een deel van het afval wordt gestort op vuilnisbelten. Dit is een makkelijke en goedkope manier van afvalverwerking, maar het is niet milieuvriendelijk. Ook leeft er veel ongedierte en stinkt het vaak. Daarom hebben veel gemeenten een milieustraat. Daar kan je het afval gesorteerd weggooien in grote containers. 20% van het afval wordt verbrand. Dat gebeurt in grote verbrandingsovens. Daarbij komt warmte vrij waarbij een groot deel wordt gebruikt om huizen te verwarmen. Maar er zitten ook nadelen aan. Nederland heeft veel verbrandingsovens, maar andere landen niet. Dus een groot deel van dat afval wordt naar Nederland vervoerd. Het transport is vervuilend voor de lucht. Maar lang niet zo vervuilend als het verbranden zelf. Bij het verbranden komen er veel gassen en rook in de lucht, en dat is niet goed voor het milieu.